Peerke en Jan, broers met een plan
Jan overtuigt zijn broer Peerke om samen van de honing van de buurman te eten. Maar ze lopen daarbij vreselijke bijensteken op. Nu kunnen ze geen frikadellen meer eten, een gerecht waarop ze verlekkerd zijn.
Verschillende mensen proberen hun pijn te verlichten. Eerst giet hun vader water over hun hoofd. Dan trekt de smid de angels van de bijen eruit. Tot slot verzorgt de barbier de wonden met windels. Om te genezen moeten de broers maar liefst drie weken in bed blijven. Aan het eind van het verhaal beloven ze om nooit meer in de buurt van de bijenkorf te komen.
De prent bevat veelzeggende details. Zo lijkt het alsof de gezichten van Jan en Peerke door de bijensteken in omvang verdubbelen. De hoofddoek van de moeder verandert subtiel van kleur. En de frikadellen lijken nét iets te lang op het vuur te hebben gestaan.
De makers van de prent hadden hoogstwaarschijnlijk twee doelen voor ogen. Enerzijds diende de prent als volksvermaak, wat het grappige gehalte ervan verklaart. Anderzijds toonde ze aan ondeugende kinderen wat er gebeurt als je niet luistert.
Jeroen Gyselings