Soldaten in het verre oosten
Deze prent toont 21 militairen, drie rijen van zeven om precies te zijn. Op de eerste rij staat de Turkse keizerlijke wacht afgebeeld. Een trommelaar wordt gevolgd door zes soldaten met een kromzwaard en een tulband. De tweede rij is het Griekse voetvolk, waarvan de eerste vijf een geweer langs hun lichaam dragen. De zesde figuur draagt een speer en de laatste heeft een trommel vast. Ten slotte zien we op de derde rij de Chinese scherpschutters, zeven identieke figuren. Ze houden allemaal een boog vast en dragen een koker met pijlen op de rug.
Helemaal onderaan de prent volgt een tekst in het Frans en het Nederlands. Hij beschrijft de omvang van de legers en de uniformen die ze dragen. Het Turkse leger zou bestaan uit 220.000 manschappen. Ze lopen op blote voeten en hun tulband wordt omschreven als een muts. De Grieken zouden dan weer dapper en vlijtig zijn. Er is geen vermelding van de omvang van hun leger, maar het kan niet talrijk zijn aangezien de bevolking ‘slechts 800.000 zielen telt’. Tot slot zou het Chinese leger bestaan uit een miljoen voetknechten en 800.000 ruiters, maar het wordt beschreven als een leger met ‘weinig moed en geesteskracht.’
Waarschijnlijk had de maker van de prent een educatief doel voor ogen. Een verhalend perspectief blijft helemaal achterwege. Ook de vermeldingen van de aantallen en de omschrijvingen van de uniformen wijzen op een louter informatieve functie.
Manon Goyvaerts