Drie clichés in één prent!
In dit verhaal droomt Jantje dat hij bevelhebber is van een schip dat op ontdekkingsreis naar India gaat. Onderweg belandt het schip echter in een gigantische storm, waardoor Jantje alleen aanspoelt op een eiland in de Indische Oceaan. Daar ontmoet hij de lokale bewoners, die hem levend willen opeten, maar op dat moment vallen de vijandige Barbaren aan. Jantje slaagt er in de Barbaren te verslaan en de dochter van het opperhoofd te redden, waardoor hij benoemd wordt tot bevelhebber van de land- en zeemacht.
Dit verhaal bevat enkele opmerkelijke stereotypen. Om te beginnen doen de lokale bewoners aan kannibalisme, en worden ze op een stereotiepe manier afgebeeld, met dikke lippen en pluimen op hun hoofd, zoals je kan zien in het detail. Een ander stereotype is het feit dat het een stoere, moedige jongen is die de hulpeloze prinses moet redden. Het verhaal eindigt tot slot met het cliché dat men alleen succesvol kan worden door goed te studeren. Jantje leert ijverig en zal uiteindelijk officier van de koninklijke vloot worden.
Deze prent werd vervaardigd aan het begin van de 20ste eeuw, toen kolonialisme in België nog een gangbaar fenomeen was. In het verhaal van kleine Jan zijn dan ook heel wat pro-koloniale elementen aanwezig. Zo wordt het idee dat westerse reizigers Indische stammen moeten beschaven bevestigd: kleine Jan is het slimme, blanke kindje dat de ‘domme Indiërs’ moet beschermen tegen het primitieve kannibalisme en de vijandige Barbaren.
Arne Nys